
Water vasthouden voor later: waarom is dat zo belangrijk? Myrthe, ecoloog bij PWN, legt het uit.
Hebben we nog niet genoeg water in Nederland? En dan ook nog al die regen...
"Er valt inderdaad genoeg. Dat is ook nooit heel anders geweest. We zijn in Nederland helemaal ingesteld op een teveel aan water. Een kwart van ons land ligt beneden zeeniveau. Als we het water niet voortdurend zouden wegpompen, hielden we het niet droog. We zijn kampioen in water tegenhouden en afvoeren. Wat nieuw is, zijn de extremen: clusterbuien waarbij in korte tijd heel veel neerslag valt en daarnaast langere periodes van extreme droogte. Allebei zullen ze ook in de toekomst voor de nodige problemen zorgen. Daar moeten we ons nú op voorbereiden."
Hoe kan PWN met de extreme weersituaties omgaan?
"We zijn in ons land gewend om het teveel aan water meteen weg te pompen. Dat moeten we niet meer willen. Het is slimmer dat water vast te houden, zodat we het in de drogere periodes kunnen gebruiken. Daarin moeten we goed samenwerken met de natuur. De natuur is één grote spons, die ook nog eens onze ondergrondse zoetwatervoorraad beschermt. In natuurgebieden kunnen we ook het overtollige water na clusterbuien in de stedelijke gebieden opvangen."
Zuinig zijn op zoet water, hoe doe je dat?
"In de binnenduinrand hebben we al een aantal projecten gerealiseerd. Onder meer bij Heemskerk en Castricum zijn voormalige landbouwgronden omgevormd tot natuur. De bovenste, bemeste, bodemlaag werd afgegraven en in minder dan geen tijd nam de natuur het over. Nu zijn het vochtige gebieden vol planten, struiken en insecten, waar het ook nog eens fijn recreëren is. De afgegraven, sponsachtige bodem kan clusterbuien goed opvangen. Door deze nieuwe inrichting wordt de zoetwatervoorraad onder de duinen beter beschermd en ook vergroot. Dit laatste vormt een belangrijke functie voor de drinkwatervoorziening van PWN."
“In het IJsselmeer bij Andijk willen we een klimaatbuffer aanleggen: een groot spaarbekken met een reservevoorraad water voor vijftig dagen”
Gaat er nog meer gebeuren?
"Zeker. We gaan ook oppervlaktewater vasthouden. In het IJsselmeer bij Andijk willen we een klimaatbuffer aanleggen: een honderd hectare groot spaarbekken met een reservevoorraad water voor vijftig dagen. Door een lagere aanvoer vanuit de Rijn neemt de hoeveelheid IJsselmeerwater in de zomer al jaren af. Ook de kwaliteit gaat achteruit. Als er minder zoet water is, is het moelijker om het zoute water dat onder de Afsluitdijk door het IJsselmeer binnenkomt, weg te spoelen. Rond het spaarbekken komt een groot moerasgebied met waterzuiverende planten. Wat de natuur al kan voorzuiveren, scheelt energie en chemicaliën in de zuiveringsinstallatie."
Dat klinkt prachtig, maar hoe weet je of dat werkt?
"Het principe van de spaarbekkens werkt zeker, want daar liggen er al twee kleine van. En dat waterplanten water zuiveren, weten we ook. Het enige wat kan tegenvallen is dat ze het water minder goed zuiveren dan we hopen. Daarom gaan we het eerst een aantal jaren op kleinere schaal testen. We willen precies weten welke stoffen in welke mate door de planten verwijderd worden. In 2024 beginnen we met de aanleg van het demonstratieproject."
Bij zulke plannen zijn vast meerdere partijen betrokken?
"Absoluut, zoiets doe je niet in je eentje. We staan in nauw overleg met het Rijk, de provincie, gemeenten, omwonenden, collega-natuurbeheerders, recreanten en agrariërs. Die hoeveelheid aan partijen maakt het soms complex en tijdrovend, maar het is ook goed. Door samen te werken, kunnen we meerdere belangen dienen: drinkwater, natuur, recreatie, wonen én wateroverlast voorkomen."

