Onze jaargids natuurbeheer 2020 is uit
In onze jaargids natuurbeheer 2020 zetten we uiteen wat de bijzondere dynamiek in de duinen is. We delen inzichten die het vele onderzoek in de duinen oplevert en leggen verantwoording af over de opdracht die we al meer dan 80 jaar uitvoeren: natuurbeheer volgens de nieuwste inzichten voor vitale, veerkrachtige duinen. Opvallend aan 2020 was het vele thuis zijn waardoor inwoners van Noord-Holland massaal de natuur opzochten. Dat motiveert, maar roept ook de vraag op: hoe komen we aan meer natuur voor zoveel mensen? Belangrijke uitdagingen die in de jaargids aan bod komen zijn dan ook: klimaatverandering, stikstofneerslag en recreatiedruk.
Voorwoord door Directeur Natuur en Beleving Sjakel van Wesemael:
‘De natuur doet het goed. De afgelopen decennia zijn de duinen voor steeds meer mensen een plek geworden om te bezoeken. Een plek waar je tot rust komt en nieuwe energie opdoet. We merken het aan de bezoekersaantallen, die de laatste jaren stevig gegroeid zijn. De belevingswaarde van de duinnatuur is kennelijk zo groot, dat meer mensen dan ooit hier willen recreëren. De duinen voorzien in een groeiende maatschappelijke behoefte. Dus op naar meer duinen en meer natuur? Graag!
Maar juist nu we door corona zijn geconfronteerd met het belang van onze eigen gezondheid, ervaren we ook hoe belangrijk het is om de natuur sterk en gezond te houden. Mede door het veranderende klimaat wordt de urgentie hiervan steeds duidelijker voelbaar. Kijk maar eens naar de regengrafiek (afbeelding), die laat zien dat we steeds vaker perioden met extreme neerslag hebben. Ook andere meetreeksen van weerstations laten zien dat het weer grilliger is geworden -met meer hoosbuien, maar ook met langere perioden waarin er geen druppel valt.
Afbeelding: Aantal dagen extreme neerslag per jaar gemeten bij weerstation Castricum in het Noordhollands Duinreservaat
Meer waterberging nodig
Een van de gevolgen van klimaatverandering is dat de duinen natter worden. De zoetwaterbel onder het duingebied loopt in natte periodes letterlijk over naar de binnenduinrand. Hierdoor kan het achterliggende gebied wateroverlast ervaren. Om te zorgen dat het schone, zoetwater bewaard kan worden is het belangrijk natuurlijke systemen te versterken in de binnenduinrand. Dit doen we bijvoorbeeld door waardevolle vochtige natuur te ontwikkelen en duinrellen te herstellen.
Een ander aspect van dit zeer schone duinwater is om te kijken of dit water in de toekomst ook als drinkwater kan worden gebruikt. We komen namelijk op een punt dat er door klimaatverandering en bevolkingsgroei meer productiecapaciteit voor drinkwater nodig zal zijn. De afgelopen decennia waren we wat dat betreft vooral afhankelijk van onze installaties boven het Noordzeekanaal. De noodzaak groeit om ook in de Kennemerduinen weer productiecapaciteit vrij te maken. Daar treffen we nu al voorbereidingen voor.
Klimaatverandering is evengoed merkbaar in onze bron, het IJsselmeer. Ook hier hebben we te maken met steeds grotere schommelingen in de waterhuishouding. Om die schommelingen beter te kunnen managen, heeft PWN in 2020 plannen uitgewerkt voor een groot spaarbekken, een klimaatbuffer. We verkennen daarmee niet alleen kansen voor het water, ook de natuur krijgt in onze studie een impuls. De eerste ideeën gaan bijvoorbeeld uit van geleidelijke oevers met waterzuiverende planten en voorzieningen die een rijkdom aan planten en dieren bevorderen.
Kansen voor de binnenduinrand
Meer variatie en natuurlijke rijkdom zien we ook ontstaan in de binnenduinrand, de gebieden tussen het duin en onze steden. In deze voorlopers van de duinen liggen prachtige kansen om de groeiende noodzaak voor waterbuffering te combineren met meer natuur én ruimte voor ontspanning. In het maatschappelijk belang van heel Noord-Holland hebben we daarom hier een integrale visie voor uitgewerkt. De plannen gaan uit van betere verbindingen tussen de duinen en het achterland.
Op een vergelijkbare manier zoeken we de verbinding met alle betrokkenen in de omgeving om de veranderingen zo goed mogelijk in bestaande structuren in te passen. Bij de Zanderij hebben we gezien wat die samenwerking met de omgeving al heeft opgeleverd. Net onder Bakkum ontstond een prachtig stuk nieuwe natuur, waar ook omwonenden zich bij alle veranderingen gekend voelen.
Dat deze opzet van de binnenduinrand als waterberging kansrijk is, werd recent nog voelbaar tijdens een grote clusterbui. Dit stukje duingebied ving zomaar 11.000 kuub water op. Voor het eerst hield Castricum droge voeten, zoals de krantenfoto’s lieten zien.
Daar gaat het wat ons betreft naartoe de komende jaren. Op naar meer natuur, liefst in alle aspecten van ons leven. Want de natuur doet ons goed en voegt op allerlei manieren kwaliteit toe aan de samenleving, zoveel is inmiddels wel duidelijk.
Ik nodig je van harte uit om door onze jaargids natuurbeheer 2020 te grasduinen of hem van kaft tot kaft te lezen.’